Een miljoen sterren plus één 

Het telefoontje komt niet onverwacht. En toch … Nog geen half uur later zit ik in de auto, op weg naar Zuid Limburg. Het is nog niet zo laat, maar wel al donker. Ik rijd de Nieuwe Maan tegemoet. Pas als ik op pad ben, begrijp ik dat het in het zuiden gesneeuwd heeft en mistig is. Niet echt weer waar jij van houdt.

Een van mijn eerste blogs ging over jou. Jij, die, als het nog niet had bestaan, het levensgenieten zou hebben uitgevonden. Het bestond echter al, en jij wist het dagelijks moeiteloos te vinden. In de zomer ergens in de warmte van de zon, in de winter dicht tegen de verwarming aan.

Eergisteren kocht Grote Zoon voor het eerst van zijn leven zelf een fles champagne ter gelegenheid van Oudjaarsavond: Moët & Chandon. Zo noemden mijn ouders jou en je broertje, toen ze jullie een jaar of vijftien geleden kregen. Chandon is jaren geleden spoorloos verdwenen. En zo was jij het laatste Mohicaantje van de hele dierenschare.

Als ik aankom bij het kattenpension, waar je logeert omdat mijn vader -jouw baasje- op vakantie is, staat de eigenaresse al buiten op mij te wachten. Ik loop samen met haar naar binnen en als ze jou uit de vilten slof haalt, die je altijd zo lekker comfortabel vindt, is het heel duidelijk: je zit -op zijn zachtst gezegd- niet lekker in je vel. Als je mijn stem hoort, miauw je op de jouw zo eigen wijze, al is het deze keer meer klagerig dan kletserig. Je grijpt met je voorpootjes mijn arm en legt je kopje erop.

We leggen je in je reismandje, en jij en ik gaan voor jouw laatste keer op reis. In de auto zet ik de verwarming hoog, omdat ik weet hoe lekker je dat vindt. Onderweg klets ik wat tegen je, jij bent deze keer stil. Nog geen tien minuten later staan we in de spreekkamer van de dierenarts. Ze kijkt, luistert en voelt, maar eigenlijk het is ook zonder onderzoek wel duidelijk.

In mijn hoofd spoken alle rationele zinnetjes die ik met je baasje al heb doorgenomen: ‘Het is beter zo, je hebt een mooi leven gehad, geen gedoe aan jouw lijfje’. Maar uit mijn ogen stromen tranen en mijn hart doet zeer. Afscheid nemen bestaat niet. En toch … Ik geef je een laatste zoen op je crèmekleurige vacht. Dag lieve Moët, rust zacht.

Als ik terug naar huis rijd, is de Nieuwe Maan inmiddels onder. Aan de hemel zie ik wel veel sterren. Heel veel, en vandaag kwam er nog eentje bij. Jij.

5 gedachtes over “Een miljoen sterren plus één 

Plaats een reactie